Manuscript van een militair apotheker van rond 1800
Uitreiking Nationaal Chemisch Erfgoed op 24 juni 2025 in Geleen
Tentoonstelling ‘Opium, de staat als dealer’ in het Belasting & Douane Museum te Rotterdam
Verslag uitreiking Nationaal Chemisch Erfgoed 2024 in Groningen
Boek: Ketens van fossiele grondstoffen
Boekpresentatie van De vitaminepioniers
De geschiedenis van de Rotterdamsche Chemische Kring
De begintijd van de scheikunde aan de Universiteit Leiden (herziene versie)
Nominaties Nationaal Chemisch Erfgoed
Chemisch Weekblad gedigitaliseerd en 1903-1956 digitaal beschikbaar
Manuscript van een militair apotheker van rond 1800
In 2023 kocht Jacob van Dijk bij een antiquariaat in Haarlem een manuscript met een verzameling farmaceutische recepten en beschrijvingen van chemische preparaten. Op het schutblad staat ‘G.H. Ramdohr’, de toenmalige eigenaar. Het manuscript is ongedateerd. Maar uit verwijzingen naar personen en geneesmiddelen kan worden afgeleid dat het waarschijnlijk rond 1800 in Groningen geschreven is. In het afgelopen jaar werd onderzoek uitgevoerd om meer te weten te komen over de inhoud van het manuscript en over de militaire apotheker Ramdohr, die de schoonzoon bleek te zijn van de bekende Groningse apotheker en chemicus Boudewijn Tieboel. Het uitvoerige verslag van de naspeuringen staat beschreven op deze website. Lees meer>>
_____________________________________________________________________________
UITREIKING NATIONAAL CHEMISCH ERFGOED 2024 IN Groningen
Op donderdag 13 juni 2024 werd het Concerthuis in het centrum van Groningen benoemd tot de zevende Nationaal Chemisch Erfgoed locatie. De scheikundige Sibrand Stratingh (1785 – 1841) heeft op deze plek voor het toenmalige Natuur- en Scheikundig Genootschap lezingen en demonstraties gegeven, onder andere over zijn elektrische karretje.
In het programma, geleid door Ernst Homburg, werd kort ingegaan op de geschiedenis van het Concerthuis, het Koninklijk Natuurkundig Genootschap (KNG) waarvan Stratingh een van de oprichters was, en de huidige activiteiten van het Stratingh Instituut voor Chemie van de Rijksuniversiteit Groningen. Daarna werden drie lezingen gehouden (klik hier voor meer informatie over het programma):
Klaas van Berkel (RUG): De symbiose tussen genootschap en universiteit, in Groningen en elders, 1800-1850.
Ulco Kooystra (RUG): Sibrand Stratingh – De experimentator van het Natuur- en Scheikundig Genootschap (NSG).
Ewout Lubberman (LeydenJar): De toekomst van batterijen – LeydenJar's siliciumtechnologie voor ’s werelds hoogste energiedichtheid.
Klaas van Berkel ging in zijn boek ‘In het voetspoor van Stevin – Geschiedenis van de natuurwetenschap in Nederland’ uitgebreid in op de relatie tussen geleerde genootschappen en de universiteit in de 18de en 19de eeuw. Het boek is digitaal beschikbaar via de DBNL.
Ulco Kooystra promoveerde in 2021 op het proefschrift ‘De scheikunstenaar - De innovatieve wetenschap van de Groningse hoogleraar Sibrand Stratingh Ez. (1785-1841)’. Het proefschrift is uitgegeven door Uitgeverij Verloren. Het is te downloaden van de website van de Groningse universiteit. De foto van een reconstructie van het elektrische karretje werd getoond in zijn presentatie.
Vervolgens werd de plaquette Nationaal Chemisch Erfgoed aan het Concerthuis (klik op de foto voor de tekst) onthuld door KNG-voorzitter Marianne Rots en KNCV-voorzitter Yvonne van der Meer. De plaquette werd bevestigd boven het bordje met de informatie over het Concerthuis.
Zie de website over het Nationaal Chemisch Erfgoed voor de verschenen persberichten over de onthulling. Op de website KNCV in beeld staan 51 foto's van het gebeuren.
_____________________________________________________________________________
Ketens van fossiele grondstoffen
Op 5 april 2024 verschijnt het nieuwe boek van Ton van Helvoort bij de Amsterdam University Press. Met als titel: Ketens van fossiele grondstoffen. Procestechnologie en de transitie naar duurzaamheid.
Hoe we in het recente verleden aan fossiele grondstoffen geketend zijn geraakt. En hoe het in de visie van de auteur verder moet.
Klik hier voor de flyer met meer informatie over het boek.
___________________________________________________________________
Boek: De vitaminepioniers
Op 19 maart 2024 vond in de Faculty Club van de Universiteit Leiden de boekpresentatie plaats van De vitaminepioniers, het nieuwe boek van Rob van den Berg dat werd uitgegeven door Prometheus.
In het programma rond de presentatie sprak als eerste Louise Fresco, voormalig rector-magnificus van de Landbouw Universiteit Wageningen, over het belang van wetenschappelijk onderzoek en de rol van het toeval daarin. Zoals dat ook plaatsvond in het onderzoek naar de ziekte beriberi in Nederlands-Indië.
Ingeborg Brouwer, hoogleraar aan de Vrije Universiteit Amsterdam, gaf daarna een kort overzicht van de voedselwetenschap van begin 1900 tot nu. Over het verband tussen goede voeding en gezondheid, waarbij de beroemde schijf van vijf ook aan de orde kwam.
Rob van den Berg leidde vervolgens zijn boek in waarbij de ondertitel de kwintessens al aangeeft: ’Hoe twee Nederlandse artsen de vitamines ontdekten en één er met de Nobelprijs vandoor ging’. Christiaan Eijkman (1858-1930) deed als gezondheidsofficier aan het einde van de 19de eeuw in een laboratorium in Batavia onderzoek naar beriberi en polyneuritis, een ziekte bij vogels met vergelijkbare effecten. Toen een kok zieke kippen een paar weken lang ongepelde in plaats van witte rijst te eten had gegeven werden ze weer beter. Eijkman zag in dat het zilvervliesje een stof moest bevatten die de kippen beter maakte. Het was echter Eijkmans opvolger Gerrit Grijns (1865-1944) die in 1901 tot de conclusie kwam dat beriberi en polyneuritis het gevolg waren van een tekort in de voeding. Dat er naast eiwitten, vetten, koolhydraten, water en mineralen nog andere voedingsstoffen nodig zijn om te voorkomen dat men ziek wordt. Pas in 1926 werd uit een ton rijstschilletjes de stof geïsoleerd, die later de naam vitamine B1 kreeg. Eijkman kreeg in 1929 samen met de Britse biochemicus Frederick Hopkins de Nobelprijs voor de geneeskunde voor de ontdekking van vitamines. Waarom Grijns werd vergeten kan men in het boek lezen, dat door Rob van den Berg als eerste exemplaar werd overhandigd aan een kleindochter van Grijns. Beide hoofdpersonen staan afgebeeld op de voorkant: Eijkman vooraan en Grijns er rechtsachter. Of torent die boven Eijkman uit?
Bespreking van het boek door Jacqueline van Gool op de C2W-website.
_____________________________________________________________________
De geschiedenis van de Rotterdamsche Chemische Kring
In 1913 werd de Rotterdamsche Chemische Kring (RCK) opgericht en is daardoor de oudste nog bestaande chemische kring in Nederland. Bij het 110-jarig bestaan een mooie gelegenheid om terug te kijken naar het ontstaan van de RCK en naar de praktische uitoefening van de chemie in Rotterdam, de stad van handel en nijverheid. Wie nam daarvoor destijds het initiatief, wie waren de eerste bestuursleden, wat werd er besproken tijdens de bijeenkomsten in de eerste tien jaar, wat was de verhouding tot de Nederlandsche Chemische Vereniging en hoe keek men aan tegen de in Rotterdam geboren J.H. van 't Hoff. Lees meer>>.
De geschiedenis van de RCK werd uitgebreid met de periode 1924-1943 en met de periode 1945-1963.
____________________________________________________________________
De begintijd van de scheikunde aan de Universiteit Leiden
Het voormalige woonhuis van zowel Franciscus Sylvius (1614-1672) als Herman Boerhaave (1668-1738) in Leiden werd in 2022 uitverkoren tot Nationaal Chemisch Erfgoed. Dat richtte de blik op het begin van de vak scheikunde in Nederland. Maar in de tijd tussen hen beiden stond de ontwikkeling niet stil en verschenen er enkele Disputatio chemico-medica’s over de werking van het menselijk lichaam. De rol van drie medische studenten Martinus Carceus, Herman Lufneu en met name Paulus von der Lahr, wordt in dit artikel bezien. Elk van deze studenten heeft disputaties met een sterke chemische connotatie op zijn naam staan in de periode dat er voor scheikunde een (zelfstandige) leerstoel werd ingesteld met Carel de Maets (1640 -1690) als hoogleraar. Nadere bestudering van de tweede disputatie van Von der Lahr leidde tot aanpassing van het artikel. Lees meer>>
De in Nederland verblijvende Franse filosoof René Descartes had invloed op het denken in de 17de eeuw. Jacob van Dijk een verhandeling over De corpusculaire theorie van Descartes.
___________________________________________________________________
Nationaal Chemisch Erfgoed
Nederland kent een rijke chemische historie, met veel bekende Nobelprijswinnaars en kwalitatief hoogstaand onderzoek. Veel locaties in Nederland kennen dan ook een bijzondere chemische geschiedenis. De Chemie Historische Groep en de KNCV willen belangrijk chemisch erfgoed op de kaart zetten en benoemen tot Nationaal Chemisch Erfgoed. Hiervoor zijn wij blijvend op zoek naar historisch relevante nominaties.
In 2018 werd de Ovale Zaal van het Teylers Museum in Haarlem de eerste chemische erfgoed locatie, waar M. van Marum experimenteerde. In 2019 werd gekozen als het tweede chemische erfgoed: het Grote Kantoor van Gist-brocades op de DSM-site in Delft. In 2020 werd het Chemisch Laboratorium in het bastion Sonnenborgh in Utrecht de derde locatie. Hier begon de chemicus Johann Conrad Barchusen in 1695 met zijn experimenten. Als vierde locatie werd in 2021 het voormalig Chemisch Laboratorium aan de Groenburgwal in Amsterdam gekozen, waar J.H. van 't Hoff werkte. Als vijfde locatie het voormalige woonhuis van Franciscus de le Boë (Sylvius) en Herman Boerhaave, het pand Rapenburg 31 te Leiden. Het Farmacologisch Laboratorium van Organon op het Pivot Park in Oss werd in 2023 de zesde locatie.
________________________________________________________________
Chemisch Weekblad gedigitaliseerd
Een bijzondere erfenis: Chemisch Weekblad gedigitaliseerd
Uit de erfenis van Hans van Spronsen verkreeg de Chemie Historische Groep jaargangen van het Chemisch Weekblad en het Chemisch Magazine over de periode 1908-1999 in haar bezit. Met financiële steun van de KNCV en een privédonatie werd het Chemisch Weekblad gedigitaliseerd. Het totale bestand omvat ruim 500 pdf-files op kwartaalniveau met een totale omvang van 12,5 Gigabyte. Momenteel wordt gewerkt hoe de bestanden direct beschikbaar kunnen worden gemaakt. Voorlopig zijn de bestanden echter reeds te raadplegen via een Dropbox-folder en via deze link toegankelijk.
De digitale versie van het Chemisch Weekblad 1903-1956, de jaargangen 1-52, is vanaf 2020 beschikbaar via de website van de bibliotheek van de Rijksuniversiteit Groningen. Ieder nummer is via deze link als pdf op te vragen.