Inhoud van deel 2
2.1. Opvallende passages en opmerkingen
2.2. Manuscript Ramdohr vergeleken met Lijst der Geneesmiddelen uit 1796
2.3. Verhouding militaire lijst tot het manuscript van Ramdohr
In dit deel wordt een aantal recepten uit het manuscript besproken met verwijzingen naar externe bronnen. Daarbij worden onderstaande terminologie en gewichten gehanteerd. Het manuscript kent geen paginanummering, en de onderstaande nummering verwijst naar een pdf-bestand gemaakt van het manuscript (165 MB).
Gebruikte terminologie
R. = prescription = Latijn voor “nemen”.
Aq. = aqua / water.
Atram. = atramentum = zwarte voor leistof/inkt.
Bals = balsamus = balsem.
Empl. = emplastrum = pleister/bandage.
Elect. = electuarium = stroop/gelei vaak gezoet door o.a. honing.
Elixer = versterkend middel, vaak een oplossing van plantenextract in water/wijn.
Laud. = laudanum = pijnstiller.
Pulv. = pulver = poeder.
Pilula = pil.
Rob = Rob/Roob = ingedampt en met suiker verdikt vruchtensap.
Syr. = syrup = siroop.
Tinct. = tinctura = tinktuur = oplossing van kruiden of harsen in ethanol.
Ung. = unguenta = zalf.
De gebruikte gewichten volgens de Leeuwarder apotheek, 7de druk (1745) zijn: 1 medicinaal pond = 12 ons = 96 drachme = 288 scrupel = 5760 grein. (Klik op afbeelding voor vergroting).
2.1. Opvallende passages en opmerkingen
I. Medicijnen op basis van kruiden
pg 15. Liquor Swittini tegen venerische aandoeningen (bron). Deze therapie is gebaseerd op de orale toediening van een 0.014% oplossing van kwikchloride en werd gepubliceerd in 1754 door Gerard van Swieten in Wenen (liquor Swietenii?).
pg 21. Etioph miner. = Etioph (Aethiops) mineraal: veelal zwart kwiksulfide (Hg2S) (bron). Ook op deze pagina: Trock. bech. nigr. = Trochisci bechici nigri (bron).
pg 22. Troch. beceh alb. = Trochisci bechici albi (bron).
pg 24. Bereiding van Sal tartarus of tartarus crudus = Kaliumwaterstoftartraat of wijnsteen. Potas met wijnsteen geeft Sal tartarus, Door het branden van wijnsteen kan potas (= K2CO3) of Tartarus calcinatus bereid worden (bron).
pg 29. Bals. locatell. = Balsamus locatelli (bron). Ook op deze pagina: Infusio laxamat. Een product met deze naam is nog steeds verkrijgbaar (bron).
pg 30. Atram niger = Atramentum niger = zwarte vloeistof/inkt.
pg 32. Pil. laxant = Pilulae laxativa = pil met laxerende werking.
pg 33. Tinct. succin = Tinctura succini (bron).
pg 36. Rob ribesior = ingedikt bessensap met suiker verdikt.
pg 47. Liquor stipticus looffii. = een bloedstelpend middel, waarover de Groningse arts Philippus Johannes Looff al in 1773 had gepubliceerd, maar dat door zijn zoon Andreas Julius Augustus Looff pas in 1791 onder de naam ‘liquor stipticus looffii’ bekendheid kreeg: ‘Het liquor stipticus looffii, als een uitmuntend bloedstelpend geneesmiddel tegen alle soorten van bloedstortingen en onregelmaatige bloedvloeijingen, bekend gemaakt, aangepreezen en met eenige gewigtige waarneemingen bevestigd, in een brief aan de schryvers der Alg. Vad. Lett. voor 1791, door Andreas Julius Augustus Looff, Med. Doctor te Rotterdam’ (bron).
Bloedsteen (hematiet) en ammoniak mengen/malen in vijzel en dan destillatie in retort/kromhals in zandbad. Reactie: Fe2O3 + 6NH4Cl → 2FeCl3 + 6NH3 + 3H2.
pg 51. Voorschrift tegen koudvuur, ‘getrokken uit de Leeuwarder Courant door de heer Rempelaar, Apothecar te Deventer’. Betreft een artikel in de Leeuwarder Courant van 1 september 1781 (bron). Pieter Rempelaar was in die tijd ‘burger-luitenant en apothecar’ te Deventer (communicatie Henk Vermande).
pg 56. Voorschrift voor de behandeling van de knieschijf van een paard.
pg 57. Voorschrift voor de behandeling van een verstopping van een kalf.
pg 58. Voorschrift ‘voor ‘t Kolyk, door de Hr. Allardi voorgeschreven in Groningen’. Christiaan Allardi (1747-1822) werkte van 1771 tot aan zijn benoeming in 1797 als hoogleraar geneeskunde, botanie en chemie aan de hogeschool van Franeker als arts in Groningen (bron).
pg 61. Atramentum simpatetica = Dark liquid/inkt met sympathetische eigenschappen. Voorschrift om onzichtbaar schrift te maken en dat vervolgens weer zichtbaar te maken op basis van orpiment = As2O3. Zie:
‘This kind of illuminated writing was more practised afterwards in religious compositions, which were considered as worthy to be written in letters of gold (as we say even now), and therefore were actually written so. Sometimes like what we call sympathetic ink, which is invisible till heat, or some preparation be applied, appears to have been not uncommon. So Ovid (Art. Am. III.627, &c.) advises writing love-letters with fresh milk, which would be unreadable, until the letters were sprinkled with coal-dust. Ausonius (Epist. XXIII.21) gives the same direction. Pliny (XXVI.8) suggests that the milky sap contained in some plants might be used in the same way (bron).’
Noot: De schrijver vond het een leuke demonstratie, welke hij veel heeft voorgedaan, maar waarschuwt voor kwalijke dampen!
Direct daarna volgt ook een beschrijving van een andere inkt: tramnet rubrum.
pg 69. Decoction antiphologistica ‘voorgeschreven door de Hr. Bril in Groningen’ = koortsbestrijdend. Dit betreft waarschijnlijk Abraham Brill, medicinae doctor, actief in Groningen 1764-1803 bij het tuchthuis samen met Quaestius (bron). Abraham Bril, medicinae doctor, trouwde in 1766 te Groningen met Maria Croeser.
pg 73. Elixir Proprietatis Paracels. Product met referentie naar Paracelsus. Ook in de Pharmacopoea Amstelredamensis, of d'Amsterdammer apotheek (1714). Een flacon met tekst PPT (= Proprietatis) bevindt zich in het National Museum of American History, Smithsonian Institute.
pg 83. Aqua aurum = goudwater.
pg 88. Eau de Luce ‘te maaken volgens de Hr. Doedes’. Verwijst naar ‘De opregte bereiding van den spiritus volatilis succinatus, (vluggen barnsteen-geest): doorgaands bekend bij den naam van eau de luce (1781)’ óf ‘Verhandeling over den Phosphorus liquidus lucens (1784) door Ger Doedes’.
pg 89. Eau de Luce ‘te maaken volgens de Hr. Macqueur’. Verwijst naar het Dictionnaire de Chymie van Pierre Joseph Macquer (1e druk 1766) (bron: EAU DE LUCE, is a compound formed of the distilled oil of amber and water of ammonia.)
pg 91. Manier om in bovenstaande vormen gips te gieten. ‘De Gips koopt men bij de Erven van Pijter Jansen in de Weteringsdwarsstraat bij de Weteringspoort de honderd pond à f 1,38,-.'
II: Praeparationibus Chemica
pg 99. Bereiding van Mercurius praecipitatus flavus. Het middel is nog steeds als homeopatisch medicijn verkrijgbaar en bevat volgens bijgeleverde informatie HgO (bron). Een voorschrift staat ook in de Bataviasche Apotheek door S.C. Kriel, J.E. Muller, J.C. Smellentin (1746): zie: Mercurius praecipitatus flavus = Turpethum Minerale.
pg 103. Bereiding Mercurius praecipitatus albus = Mercuric amidochloride = Hg(NH2)Cl. In de Bataviasche apotheek staat een bereiding. Het ingredient is nog steeds als homeopathisch medicijn verkrijgbaar.
pg 105. Vervolg van de proeven en opmerkingen betreffende Mercurius praecipitatus.
pg 109. Bereiding Mercurius praecipitatus ruber = HgO. Zie bron: ‘An experiment for the preparation of mercuric oxide was first described by 11th century Arab-Spanish alchemist, Maslama al-Majriti. It was historically called red precipitate (as opposed to white precipitate being the mercuric amidochloride’.
pg 112. Mercurius sublimatus corrosivus = Mercury(II) chloride = HgCl2. De Bataviasche apotheek vermeldt een bereiding.
pg 117. Sal mirabilis Glauber = Natriumsulfaat, Na2SO4, als restproduct van Mercurius sublimatus corrosivus bereiding.
pg 118. Mercurius dulcis = Mercury(I) chloride = Hg2Cl2 = calomel. De Bataviasche apotheek vemeldt een bereiding.
pg 128. Sal polychrestum = Potassium sodium tartrate = Rochelle salt. Bereiding met aanmerkingen en referentie naar phlogistische deeltjes (op pg 130, opmerking 3 en pg 132, opmerking 4). De Bataviasche apotheek vemeldt een bereiding.
pg 133. Sal sedativum Hombergi = orthoboric acid = B(OH)3, which Homberg discovered in 1702 (bron).
pg 137. Antimonium diaphoreticum non ablutum = Potassium antimonaat. Zweetmiddel dat niet meer gewassen wordt (= non ablutum). Zie: Antimony pentoxide and its derivatives were employed in the sixteenth and seventeenth centuries as diaphoretics. A potassium salt was described by Basil Valentine by the name of "antimonium diaphoreticum ablutum"; it was prepared by deflagrating a mixture of antimony and saltpetre and washing the residue with water and alcohol. A similar substance was "antimonium diaphoreticum non ablutum". The acid, or oxide, was probably obtained by the action of acids upon the above substances, and was used medicinally under the name of "materia perlata Kerkringii." Glauber obtained a similar product, which he called "benzoardicum miner ale" by the action of nitric acid upon antimony trichloride. In het Leerboek der Onbewerktuigde Scheikunde; gedeeltelijk naar Dr. T.G.'s Elements of Chemistry, bewerkt door Dr. F.J. Otto. Uit het Hoogduitsch vertaald en met Aanteekeningen voorzien door J.P.C. van Tricht. In volume 3, pg. 751, staat een gedeelte over Antimonium diaphoreticum (non) ablutum. Ook een sectie over Antimonium diaphoreticum ablutum en Nitrum antimoniatum. Van belang is verder een verhaal over antimoon in Philosophical Transactions of the Royal Society of London, Volume 48, Dec .1753 by John Huxham.
Bij de bereiding wordt gemeld dat er groot explosiegevaar kan optreden (op pg 151-152). Met een waarschuwing voor explosiegevaar voor omstanders.
pg 152. Regulus antimonii. De Bataviasche apotheek vemeldt een bereiding onder de naam Febrifugum Crany.
Ook wordt op pg. 156 de term phlogiston opnieuw gebruikt. En de term Hepar sulfuris (= zwavellever/blitsbeits) = kaliumpolysulfide.
pg 157. Aan het einde van de sectie over Regulus antimonii wordt Crocus metallorum genoemd (bron).
pg 158. Sulphurauratum Antimonii. Een bereiding staat in de Bataviasche apotheek. In de bereiding in het manuscript zijn drie graden van zuiverheid aangegeven waarvan de laatste Sulphurauratum Antimonii wordt genoemd. Zie: Bottle with text SULPH AURAT in Smithsonian National Museum of American History.
pg 164. Analyse van Antimoon in Butir. Boter (of olie) van antimoon – antimoontrichloride. Formed by distilling roasted stibnite with corrosive sublimate, or dissolving stibnite in hot concentrated hydrochloric acid and distilling. SbCl3 (bron).
pg 166. Referentie naar Boerhaave over giftigheid van SbCl3 dampen bij inademen. Boerhaave kende iemand, die eraan overleden is.
pg 168. Sublimeren van Cinnabaris Antimonii = Cinnabar = HgS met bijproduct Mercurius Dulcis = Hg2Cl2 = calomel.
pg 175. Mercurius vitæ of Pulver Algaroth (‘mercury of life’) = SbOCl = Antimony oxychloride.
pg 177. Tekst vermeldt Billichius = Anton Günther Billich (1599-1640), een Duitse arts en bedrijver van iatrochemie. Zie een referentie naar deze Billichius. Ook wordt de naam Sernextius genoemd en het werk van R.A. Vogel geciteerd: Rudolf Augustin Vogel Mercurius Vitae Mercurii Non Expers Göttingen 1765.
pg 179. Spiritus Vitrioli Philosophicus. Zie: Philosophick Spirit of Vitriol in Pharmacopœia Bateana, or, Bate's dispensatory translated from the second edition of the Latin copy, published by Mr. James Shipton (1694). Een bijproduct van de productie van boter van antimoon.
pg 180. Spiritus Nitri Bezoarticus & Bezoartick Spirit of Nitre. Drie bereidingsmethodes worden vermeld.
Spiritus Bezoardicus: Een ‘bezoar’ is een verharding of steen die wordt aangetroffen in de darmen van dieren, oorspronkelijk de geit. Men dacht dat die als tegengif werkten. SP Bezoardic lijkt echter te verwijzen naar Bezoarticus Spiritus Nitri, het gedistilleerde zuur van de Bezoarticum Minerale (‘Bezoar Mineral’); dit werd gemaakt van boter van antimoon, salpeterzuur en alcohol (bron).
pg 182. Spiritus nitri acidum fumans Glauberi = rokend salpeterzuur. Met vijf instructies (Achtergrond Glauber).
pg 186. Nitr vitriolat of Sal duobus = kaliumsulfaat. Sal duobus of sal duplicatum werd foutief gedacht als te bestaande uit zuur-zout en alkalisch-zout, wat ‘dubbel’ in de naam aangeeft.
Glauber was de eerste om Nitrum vitreolatum, zoals hij het noemde, synthetisch te bereiden.
pg 195. Spiritus salis marin Glauber = HCl. Glauber lukte het om op grotere schaal zoutzuur te bereiden uit NaCl en zwavelzuur (bron). In het recept uit het pharmacopaedia manuscript wordt bereiding van rokend zoutzuur beschreven.
pg 199. Sal mirabilis Glauber = natriumsulfaat= Na2SO4.
pg 201. Sal tartaris = kaliumcarbonaat = K2CO3. Gemaakt door het calcineren van wijnsteen in een kroes. Historisch was wijnsteen in feite kaliumwaterstoftartraat (bron).
pg 204. Spir oleum & Sal tartar. Bereiding van de vloeibare fase en vast restant door te calcineren in een retort.
pg 207. Tartar Regenerat / Terra violat tartar / Arcanum tartari (synoniemen). Tartarus regeneratus = kaliumacetaat = CH3COOK. Terra foliata tartari / tartarus regeneratus / arcanum tartari (bron). Zie ook een tweede bron.
pg 210. Tartar tartaris & Tartar solubus & Sal vegitabilas. Tartarized Tartar = Tartarum Solubus (= oplosbaar zout van Tartar (bron) = tartarus regeneratus. Kaliumtartraat (K2C4H4O6) (bron).
pg 212. Spiritus salis ammonia chem Sal tartarus. Reactie van ammoniumcarbonaat met kaliumcarbonaat.
pg 215. Sal febrifugus Silvii. Genoemd naar Sylvius. Sal febrifugus Silvii (pg 899) = Sal febrifugus Sylvii als digestief en ook wordt verwezen naar spiritus Mindererij vernoemd naar Raymond Mindererij, Medicinae Doctoris de pestilentia (bron).
pg 216. Spirit Sal ammon cum Calx viv. Spritus Sal ammonia (kaliumcarbonaat) met Calx viva (ongebluste kalk = CaO).
pg 219. Flores Salis ammonia martialis siv. Aroph Paracelzi. Flores Salis Ammoniaci Martiales. Citaat: Schroder thinks that in what Pliny says of Flos Salis, he can find the martial sal-ammoniac flowers of our chemists, [the double chloride of ammonium and iron], or the so-called flores sales ammoniaci martiales (bron). Zie ook een tweede bron en Chemisch Weekblad 27, 4de jaargang, 6 juli 1907: flores sales ammoniaci martiales, het in de 15de eeuw door Basilius Valentinus bereide ijzersalmiak, later genaamd ammonium muriaticum martiatum s. ferruginosum. AROPH, a term used by Paracelsus, to denote a medicine endued with a power of breaking or dissolving the stone in the human body (bron).
pg 220. Opmerking 4: "De gewoone voorschriften in de apotheken sijn niet goed, alzoo en veel te veel limat. martis of lapis heamatit bij gemend is, En somwijlen tot de helft”.
pg 221. Flores Sinci. Flores Zinci, ook Lana philosophorum, en Zincum oxydatum album via sicca paratum (“langs droogen weg bereid wit zinkoxyde) geheeten, verkrijgt men, (wanneer men een smeltkroes zoo sterk in een wind-oven verhit, dat het daarin aanwezige zinkmetaal met eene heldere vlam verbrandt” (bron).
pg 223. Analijzis Succinij. Barnsteenzuur = ethaandicarbonzuur. Tot ver in de 20ste eeuw werden geneesmiddelen op basis van barnsteenzuur of de zouten daarvan, toegepast bij keel- neusontstekingen en syfilis (bron).
pg 225. Olij Succin. Rectificat. Dit is mogelijk diethylsuccinaat, de diethyl ester van barnsteenzuur. Dit is een kleurloze vloeistof met de chemische formule C8H14O4.
pg 226. Spiritus Succin. Spiritus Succini. Destillaat van barnsteen met behulp van een retort.
pg 227. Sal Succin. Depuratio. Gezuiverd barnsteenzuur. Verwijzing naar ene Pott, mogelijk Johann Heinrich Pott (1692-1777).
pg 228. Kermes mineralus. Een mengsel van antimoonsulfide en antimoonoxide verkregen door de reactie van kaliumcarbonaat en antimoonsulfide (bron).
2.2. Manuscript Ramdohr vergeleken met Lijst der Geneesmiddelen uit 1796
In 1795 wordt een “Bureau van Gezondheid over de Armée en Hospitaalen der Bataafse Republiek” in het leven geroepen om de deplorabele toestand van de Nederlandse militaire gezondheidszorg te verbeteren. Spoedig na de instelling van dit bureau verscheen “Bericht, wegens de thans plaats hebbende Geneeskundige Inrichtingen, bij de Nationaale Troupes der Bataafsche Republiek; waar by de Lyst der Geneesmiddelen, in ‘s Lands Magazyn in den Haag, voor handen, en eenige Geneeskundige Voorschriften, ten diensten van de Officieren van Gezondheid, by de Nationaale Armée en Hospitaalen der Bataafschen Republiek, Te Leyden, bij A. en J. Honkoop. MDCCXCVI”. Zoals beschreven door: E.J. van Itallie, Uit de geschiedenis der militaire pharmacie / Het eerste Nederlandsche militaire Formularium Medicamentorum, Pharmaceutisch Weekblad nr. 37 (1938).
Overduidelijk werd de gezondheidszorg als een kostenpost beschouwd, wat tot uiting komt in onderstaande tekst uit het artikel van Van Itallie:
“In het samenstellen der Lijst van Geneesmiddelen, welke door ons, ten dienste van de O. v. G. bestemd zijn, en uit dien hoofde in het 's L. M. v. G. voorhanden zijn, hebben wij op drie hoofdvereischten namelijk eenvoudigheid, werkzaamheid en spaarzaamheid van 's Lands penningen, acht gegeven.
Uit het zeer groot getal van overtollige geneesmiddelen, welke men in onze Stads-Apotheken (hier zijn bedoeld de particuliere apotheken, v. I.) aantreft, worden voorzeker groote nadeelen geboren, maar deeze worden uit zulk eene noodelooze uitgestrektheid in eene Militaire of Veld-Apotheek, nog oneindig vermeerderd.”
De Chirugijn-Major was verantwoordelijk voor een bataljon, dat in vredestijd uit 350 manschappen bestond. Hij betaalde alle kosten uit eigen zak en kreeg daarvoor een vast traktement met daarbij een vaste bijdragen van (onder)-officieren en minderen. Ook de verzorging van aanwezige vrouwen en kinderen viel onder zijn verantwoordelijkheid, maar als soldaten (sic!) een venerische ziekte opliepen was dat voor eigen rekening. Er werd strikt op toegezien dat aan buitenstaanders geen medicijnen werden verstrekt.
Kenmerken van de geselecteerde lijst van geneesmiddelen uit 1796:
- Diverse kruiden en wortels (b.v. Herba Fumaria / Herba Hyssoppi/…/Rad. V. aperientes) worden als krachteloos uitgesloten (ook als dit na drogen het geval is). Ook veel welriekende en specerijachtige Geesten en overgehaalde wateren zijn luxe en als zodanig uitgesloten.
- Samengestelde syropen zijn overtollig. Alleen gewone syrooop. Suiker of Succus Liquiritiae zijn alleen toegestaan om het innemen van medicamenten makkelijker te maken. Toch zijn nog enkele syropen opgenomen “ten dienste der tedere vrouwen en kinderen, die in Garnizoenen moeten bezorgd worden, en zulks Syropen ter inneming van enige samenstellingen bijna schijnen te vereischen”.
- Alle conserven zijn onnut.
- Bijna alle tincturen worden als overtollig beschouwd. Alleen Opium en Asa foetida voor de soldaten en weer alleen voor de tederer vrouwen Tinct. Castorei en Succcini.
- Elixer Propietatis, Salutis, enz. zijn als alchemistische preparaten, waarin geen enkel vertrouwen meer bestaat.
- Bizarre mengseltjes zijn zeer verdacht. Pilulae extracti cathol., Pil. Rufi, Theriaca Andromachi, Th. diatesseron, Electuarium diascordium zijn recepten waarvan de ingrediënten elkaar tegen werken.
- Laudsnum liq. Sydenh. is vervangen door Tinct. opii Simplex.
- Ook bij pleisters is er veel veranderd. Er wordt een bereiding gegeven voor E. lythargyri, vel commune; E. adhaesivum; E. gummosum, vulgo diachylon; E. vesicatorium.
- Er zijn slechts 5 zalven opgenomen: Ung. emolliens; Ung. excitans; Ung. nervinum; Ung. Lithargyri en Ung. Mercuriale.
Lijst der Geneesmiddelen, welke ten dienste der Officier van Gezondheid (= O.v.G.) tot gebruik voor de Troupes der Bataafsche Republiek, in ‘s Lands Magazijn van Geneesmiddelen, in ‘s Hage, voor handen zijn:
- Dierenrijk: Cantharides en Moschus
- Plantenrijk:
15 soorten wortels (Felix Mas / Saleb / Scilla / …)
9 soorten kruiden met of zonder bloem (Agaricus quernus/…)
3 “houten”
4 “basten” (Cortex Peruvianus rubber en falavus / Geofroea Surinamensis en Meserem, seu Garou)
3 soorten “bloemen”
4 soorten “vrugten”
13 soorten “natuurlijke verdikte Sappen, Gommen en Harsten” (Camphora, Manna calabrina electa / Opium Thebaicum h.e. electum) - Uit de “Delfstoffen”:
4 “Metaalen” (Ferri limatura / Mercutius vivus / Sulphur crudum / Sulphuris flores)
1 “Toebereide Aarde” (Magnesia alba)
5 “Zuuren” (Sal succini (barnsteenzuur) / Spiritus Salis marini (zoutzuur)
4 “Loogzouten” (Lapis causticus-Potassa fusa / Soda depurata-Carbonas sodae / Sal volatilis Salis Ammoniaci-Carbonas ammoniacae / Spiritus salis Ammoniaci c. Calce viva-Ammonia pura, liquida)
10 “Middenzouten zonder Metallisch beginsel” (d.z. zouten van kalium, natium, ammonium, aluminium en barium)
18 “Metaalzouten en andere Metaalbereidingen” (d.z. oxyden, sulfiden en zouten van zilver, lood, koper, ijzer, zink, kwik, antimoon en ijzer)
3 “Geesten” (Alcohol sulfuricus / Spiritus Cochleariae / Spiritus Nitri dulcis)
1 “Overgehaald Water”
2 “Vluchtige Oliën”
5 “Tincturen”
3 “Syroopen”
2 twee soorten “Rob”
7 “Extracten”
4 “Pleisters” (E. lythargyri, vel commune / E. adhaesivum / E. gummosum, vulgo diachylon / E. vesicatorium)
5 “Zalven” (Ung. emolliens / Ung. excitans / Ung. nervinum / Ung. Lithargyri / Ung. Mercuriale)
2.3. Verhouding militaire lijst tot het manuscript van Ramdohr
Hoe staat de opsomming in de militaire "Lijst van Geneesmiddelen" nu in verhouding tot het manuscript van Ramdohr? Het manuscript heeft meer groeperingen dan de militaire lijst. Het is lastig om de producten uit deze extra groepen (b.v. pillen) in te delen naar de groepen zoals gebruikt in de “Lijst van Geneesmiddelen”. Toch zijn enkele opmerkelijke verschillen waarneembaar.
- Alle producten uit de “Lijst van Geneesmiddelen” opgeteld, bedragen die 109 stuks. Voor begrijpelijke redenen (kosten/complexiteit) zal deze lijst beperkt zijn gehouden. In het manuscript van Ramdohr worden al 230 preparaten vermeld (afgezien van de chemische bereidingen). Dit is toch wel een groot verschil.
- In de militaire lijst wordt van een aantal producten/ingrediënten expliciet genoemd dat ze ongeschikt voor gebruik zijn:
a. Alchemistische elixers zijn in de ban, maar Ramdohr heeft er wel een aantal soms zelfs met referenties naar Becher, Paracelsus en Glauber.
b. Bij het Laudanum liq. Sydenh. wordt specifiek geschreven dat het vervangen is door Tinc. Opii Simplex. In Ramdohrs manuscript is Laudanum liq. Sydenh. nog wel degelijk aanwezig (pg 16).
c. Aqua rosarum wordt als dure luxe gekenschetst en kan prima door regenwater worden vervangen maar Ramdohr gebruikt het rozenwater wel degelijk in zijn receptuur.
d. Aqua aurum = goudwater heeft ook geen duidelijke militaire toepassing (pg 83). - Ramdohr heeft meerdere recepten voor diergeneeskunde. Het recept voor de knieschijf van een paard is denkbaar in het leger, maar recepten voor de verstopping van een kalf zijn minder goed plaatsbaar.
- De uitgebreide aandacht voor de chemie bij de bereiding van anorganische preparaten is minder relevant voor een veldhospitaal, dat zijn geneesmiddelen kan verkrijgen uit de centrale voorraad in Den Haag.
De conclusie is dat het manuscript meer is toegesneden op gebruik bij een burgerlijke i.p.v. een militaire apotheek. Met als kanttekening dat Ramdohr als apothekersgast heeft gewerkt in een apotheek in Breda.
Lees verder: Manuscript van een militair apotheker. Deel 3. Boudewijn Tieboel (1732-1814)