- Prof. dr. Franz Jellinek (1925-1992) was van 1958 tot 1986 lector en hoogleraar anorganische chemie aan de Rijksuniversiteit Groningen.
- Franz Jellinek werd op 18 juli 1925 in Wenen geboren. Het gezin Jellinek kwam in de jaren dertig naar Nederland en woonde in Amersfoort. Het beroep van vader Paul Jellinek was ‘Chemiker’. Franz Jellinek bezocht de HBS in Amersfoort. Na het behalen van het eindexamen en onderbroken door de wereldoorlog ging hij wis- en natuurkunde studeren aan de Universiteit Utrecht. In februari 1949 werd het kandidaatsexamen behaald en in december 1952 het doctoraal examen in de scheikunde.
- Na het afstuderen werd een promotieonderzoek gestart in Utrecht. Hij promoveerde op 27 mei 1957 in Utrecht bij prof. dr. J.M. Bijvoet op het proefschrift ‘X-ray diffraction in chemistry: the structures of the chromium sulphides and of muscarine’. Een onderzoek waarin anorganische stoffen en het uit paddenstoelen afkomstige muscarine werd gecombineerd.
- Na de promotie werkte Jellinek als wetenschappelijk ambtenaar eerste klas aan de Universiteit Utrecht. Per 1 januari 1958 had hij het Nederlands staatsburgerschap verkregen. En in mei 1958 werd hij benoemd tot lector aan de Rijksuniversiteit Groningen (RUG) met als leeropdracht anorganische en elementaire analytische chemie, een vak dat eerder door prof. dr. E.H. Wiebenga werd gegeven. Hij kreeg tevens de gelegenheid om ongeveer een jaar in enkele Europese laboratoria te werken.
De scheikunde aan de RUG beleefde vanaf 1960 een opmars met de aanstelling van tal van hoogleraren en lectoren en verdere specialisaties. In het Chemisch Weekblad 56 (1960, p. 429-433) gaf Jellinek een overzicht van de scheikundestudie aan de RUG anno 1960.
In oktober 1961 volgde de aanstelling van Jellinek tot hoogleraar. Op 6 februari 1962 hield hij de inaugurele rede ‘De anorganicus en de anorganische chemie’. Hij pleitte daarin voor een nieuwe impuls aan de anorganische chemie gezien de ontwikkeling van de techniek zoals de luchtvaart en ruimtevaart, de elektronica en de winning van kernenergie waarvoor anorganische grondstoffen nodig zijn. De rede werd gepubliceerd in het Chemisch Weekblad 58 (1962) p. 241-246. - Jellinek richtte in Groningen het Laboratorium voor Anorganische Chemie op en concentreerde zich op de vaste stof chemie, met name op de overgangsmetaalchalcogeniden en de coördinatie- en organometaalchemie. De leeropdracht werd teruggebracht tot anorganische chemie. De vakgroep werd onder andere uitgebreid met de aanstelling van de hoogleraar C. Haas in 1968 en de lector H.J. de Liefde Meijer in 1971.
Een tabellarisch overzicht van Jellineks academische loopbaan staat vermeld op de website Catalogus Professorum Academiae Groninganae. - Naast wetenschapper was Jellinek ook een organisator van wetenschap. Hij nam het initiatief tot de oprichting van de SON-werkgemeenschap Chemie van de Vaste Stof in 1964 en werd de eerste voorzitter.
Samen met de hoogleraar natuurkunde van de vaste stof prof. dr. A.J. Dekker stond Jellinek in 1970 aan de wieg van het Materialen Studie Centrum van de RUG. ‘Voortgang chemie en natuurkunde niet bij specialisatie gebaat’ luidde de kop van het artikel in het Nieuwsblad van het Noorden van 22 december 1970 (zie KB/Delpher) waarin Jellinek, als voorzitter, de vorming van het centrum uiteenzet. Dat groeide in 2007 uit tot het Zernike Institute for Advance Materials waarin multidisciplinair wordt samengewerkt.
Naast activiteiten in het SON-bestuur was Jellinek ook enkele jaren decaan van de faculteit scheikunde van de RUG. - Per 1 januari 1986 ging Jellinek om gezondheidsredenen vervroegd met emeritaat. Ter gelegenheid van zijn afscheid werd in oktober 1986, 25 jaar na zijn benoeming als hoogleraar, een symposium georganiseerd en hield hij zijn afscheidsrede.
In september 1987 werd een speciaal nummer van het tijdschrift Journal of Solid State Chemistry uitgebracht ter ere van Franz Jellinek voor zijn verdiensten voor de vaste stof chemie. De inleiding ‘Dedication to Franz Jellinek’ door C. Haas en de Indiase hoogleraar G.V. Subba Rao is vrij te downloaden. Daarin wordt hij ‘a perfectly human being’ genoemd. - In De geschiedenis van de scheikunde, deel 3 (Delft, 2005) wordt zijn onderzoek in Groningen kort besproken in het hoofdstuk Anorganische chemie (p. 215 met foto, 216, 217, 221, 223, 226, 227), te downloaden van de CHG-website.
Jellinek is opgenomen in de Chemistry Tree met een verwijzing naar 66 high-probabilty publicaties tussen 1959 en 1988. De laatste uit 1988 handelt over de overgangsmetaalchalcogeniden, de stoffen waaraan hij sinds zijn komst naar Groningen had gewerkt.
In NARCIS worden 30 publicaties met zijn naam, verschenen tussen 1967 en 1988, vermeld met de RUG als bron. Daarvan zijn er vijf als Open Access beschikbaar. - Franz Jellinek was op 28 juli 1954 in Amersfoort getrouwd met Lucia Moormann (1925-2011). Zij hadden vier kinderen. Jellinek overleed op 67-jarige leeftijd 24 oktober 1992 in het Groningse Haren. In het Chemisch Weekblad van 10 december 1992 (p. 408) schreven zijn voormalige collega’s C. Haas, J.H. Teuben en G.A. Wiegers een In memoriam voor Franz Jellinek (klik hier).
__________________________________________________________________________________________
Datum 30-10-2020