- Prof. dr. Pieter Harting (1812-1885) was van 1841 tot 1843 hoogleraar botanie, chemie en farmacie aan het Rijksathenaeum in Franeker, van 1843 tot 1846 buitengewoon hoogleraar farmacie aan de Universiteit Utrecht en van 1846 tot 1883 hoogleraar biologie en zoölogie aldaar.
- Harting was in 1835 in Utrecht gepromoveerd in de geneeskunde. In 1841 volgde zijn benoeming aan het Rijksathenaeum in Franeker. Toen die instelling in 1843 werd opgeheven volgde de overplaatsing naar de Universiteit Utrecht. Eerst als buitengewoon en vanaf 1846 als gewoon hoogleraar tot zijn emeritaat in 1883. De chemie in Utrecht was het werkgebied van prof. dr. G.J. Mulder en Harting richtte hij zich vooral op de microscopie toegepast op planten en dierlijk weefsel. In de Catalogus Professorum Academiæ Rheno-Traiectinæ wordt het profiel van zijn loopbaan aan de Universiteit Utrecht weergegeven. In 1855 werd Harting lid van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen.
- Details over het scheikundig onderwijs in Franeker in de periode dat Harting daar les gaf worden beschreven in:
J.J. Meinsma, ‘Het scheikundig onderwijs van Frieslands Hogeschool te Franeker (1585-1843)’, De Vrije Fries 48 (1968) 30-52.
In De geschiedenis van de scheikunde in Nederland (deel 1, 1993, p. 99) vermeldt H.A.M. Snelders een beschrijving door de toenmalige student Harting van de gebrekkige toestand van het scheikundige laboratorium van de Utrechtse universiteit in 1828. - Harting is opgenomen in het Biografisch Portaal van Nederland met onder meer een verwijzing naar P.J. Blok en P.C. Molhuysen, Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek (NNBW). Aan die biografie is een lijst met geschriften toegevoegd.
In de Nederlandstalige Wikipedia is een biografie in de categorie bioloog van hem opgenomen. In de Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren zijn enkele publicaties van hem digitaal te raadplegen. Publicaties van Harting zijn opgenomen in WorldCat, waaronder de autobiografie getiteld ‘Mijne herinneringen’.
Een uitgebreide biografie is te vinden in:
A.A.W. Hubrecht, Levensbericht P. Harting, in: Jaarboek 1888, Amsterdam, pp. 1-60. Een lijst met geschriften is toegevoegd aan het levensbericht. - Over de visie van Harting op de wetenschap, zie:
Bert Theunissen, 'Een warm hart en een koel hoofd'. Pieter Harting over wetenschap, de natie en de vooruitgang, BMGN - Low Countries Historical Review, 1995, 110 (4), p.473–498.
_____________________________________________________________________________________
Datum: 15-4-2020